Vrijwilliger Wil aan het woord

“Ik vind het leuk mensen bij taal te helpen, al is het maar een klein beetje”

 

Wil Twigt is een kordate Rotterdamse die een groot deel van haar tijd vult met vrijwilligerswerk. Nadat ze voor de liefde naar Schiedam is gekomen, is ze nooit meer weggegaan uit de Gorzen. Een keer in de week begeleidt ze voor de Bibliotheek Schiedam een Meeleesclub. ‘’De mensen noemen het altijd ‘lesgeven’, maar eigenlijk is lezen de basis”, vertelt Wil.

De Meeleesclub is anders dan taalcoaching. Wil legt het verschil uit: “De Meeleesclub is er voor volwassenen, die beter Nederlands willen lezen, spreken en begrijpen. Met elkaar lees je de krant, een boek of maak je een puzzel. Van origine is het bedoeld voor mensen met Nederlands als eerste taal, maar die komen dus niet… Nu maken vooral mensen met een niet-Nederlandse achtergrond er gebruik van. Het geeft enorm veel hilariteit af en toe, omdat de niveauverschillen groot zijn. We proberen het wel heel gezellig te houden, dat is ook heel belangrijk! Met handen en voeten proberen we dingen begrijpelijk te maken.”

Een van haar deelnemers, werkzaam op een internationale universiteit, spreekt na een aantal jaren nog nauwelijks Nederlands omdat in zijn werkomgeving iedereen Engels spreekt. Op de vraag hoe dat kan, vertelt Wil: “Vrijwel iedere Nederlander spreekt Engels, dus hij hoeft zich nooit in te spannen. En dan denk ik wel eens bij mezelf: ‘Hoe kun je je redden?’ Ik vind, en dat is nog steeds mijn overtuiging, als je in een land echt wilt wonen, niet tijdelijk, maar ‘echt wonen’, dan moet je de taal leren spreken. Ik houd erg van taal en vind het leuk mensen daarbij te helpen. Ook al is het maar een klein beetje...”

Intellect

Taal is voor de een lastiger dan voor de ander en dat heeft vaak niets met intellect te maken, weet Wil. “Wat ik steeds merk, is dat mensen vooral veel problemen hebben met de volgorde waarin wij de woorden formuleren. Dus de plaats van werkwoorden, de zinsopbouw. Ik kan me erg storen aan mensen die de taal mishandelen, zoals tegenwoordig veel gebeurt. Ik vind taal leuk, ik vind schrijven leuk, ik vind andere talen leuk. Ik ben ooit geslaagd met een 9 voor Frans op de Havo. Helaas doe je er daarna weinig meer mee en dan zakt het snel weg. Naast mijn vrijwilligerswerk bij de bibliotheek ben ik educatief vrijwilliger in Diergaarde Blijdorp waar ik bijvoorbeeld Engelstalige rondleidingen geef. Soms is het ook wel eens ’n Duitstalige excursie, maar dat is wel zweten, hoor, dan moet je echt diepgaan.”’ Uit ervaring weet Wil dat de meeste Duitse bezoekers het wel kunnen waarderen. “Precies! Als je over je schroom heenstapt, maar je doet wel een poging een andere taal te spreken, dan waarderen mensen dat alleen maar en helpen ze je vaak.”

Eens in de 6 weken overleggen de Meeleesclubbegeleiders en een coördinator van de bibliotheek met elkaar. Ze bespreken hun aanpak en helpen elkaar bij problemen. “Wat je bij deze doelgroep veel tegenkomt is dat mensen vaak niet komen en wegblijven zonder opgaaf van reden. Ze reageren niet op appjes of telefoontjes. Die communicatieproblemen zijn wel eens lastig. We krijgen daar ook geen vinger achter.”

Respectvol

Daar heeft de club van Wil gelukkig geen last van. “De meesten vinden de manier waarop ik het doe heel leuk. Tussen het lezen door praten we ook heel veel. We kunnen echt op een respectvolle manier over heel diverse dingen praten. Heel voorzichtig soms, maar we doen het wel! Ik ga het niet uit de weg en vind het prettig om het wederzijdse gevoel met elkaar te delen.”

Een ingekorte versie van dit interview is verschenen op
woensdag 27 januari in het Nieuwe Stadsblad.